Asbest bij Eurogrit: lees hier wat je kunt doen
De afgelopen dagen was er publiciteit over asbestvezels in straalgrit van het bedrijf Eurogrit B.V. uit Dordrecht. De kans is reëel dat werknemers zijn blootgesteld aan asbest. Dit kan een hoop onzekerheid geven voor jou als werknemer. Hier lees je wat je kunt doen als er in jouw bedrijf mogelijk met staalgrit van Eurogrit is gewerkt.
Het straalgrit is mogelijk gebruikt door 140 bedrijven in de industriële reiniging. Die bedrijven hebben gewerkt in een nog groter aantal andere bedrijven.
De overheid, waaronder de Inspectie SZW (Arbeidsinspectie) is momenteel bezig om de situatie in kaart te brengen en maatregelen te nemen. Alle 140 bedrijven die mogelijk met het product Eurogrit hebben gewerkt hebben een brief van de Inspectie SZW ontvangen. Hierin wordt gevorderd (geëist) dat al die bedrijven binnen 2 werkdagen alle werklocaties doorgeven waar met het product gewerkt is.
De FNV vindt dat alle werknemers in de betreffende bedrijven hiervan op de hoogte moeten worden gesteld.
Ook moeten alle bedrijven waar mogelijk gewerkt is met straalgrit dat is geleverd door Eurogrit zelf de situatie in kaart brengen. Dat geldt niet alleen de mogelijke gevolgen voor de werknemers van straalbedrijven, maar ook voor werknemers in de bedrijven waar gestraald is.
Stappenplan
Is in jouw bedrijf mogelijk met het product van Eurogrit gewerkt? Dan adviseren we de volgende stappen:
Staak alle straalwerkzaamheden met het product Eurogrit.
Meld de staking van werkzaamheden aan de Inspectie SZW. Eurogrit B.V. heeft aangegeven om welk product het gaat, maar zegt zelf dat niet duidelijk is of eerdere ladingen van het straalgrit wél asbestvrij zijn. Dus in principe met geen enkel product van het bedrijf (laten) werken.
De werkgever moet alle mogelijke plekken van blootstelling én mogelijk blootgestelde werknemers in kaart (laten) brengen (zie voor preciezer onderzoek, zie punt 6).
Voor zover nog zinvol: mogelijk blootgestelde werknemers laten douchen en laten omkleden in ontsmettingscontainers, en géén kleding mee naar huis laten nemen.
De arbeidsplaats en/of het mogelijke verspreidingsgebied dient volgens de Inspectie SZW als ‘worst-case’ te worden behandeld. Dat wil zeggen dat het bedrijf er vanuit moet gaan dat asbest daadwerkelijk aanwezig is of is vrijgekomen (tot het tegendeel is aangetoond).
Het verspreidingsgebied moet worden afgezet en/of de ruimte waarbinnen met het grit is gewerkt moet worden afgesloten, onder de vermelding dat daar gevaar voor blootstelling aan asbest aanwezig is. Mogelijk vervuilde werkplekken niet betreden. Voorkom verdere verspreiding (besteed daarbij o.a. ook aandacht aan mogelijke verspreiding via ventilatiesystemen).
Inventariseer de vermeende besmetting (aard en omvang bepalen), en bepaal tot welke risicoklasse de eventuele besmetting moet worden gerekend (dit moet conform artikel 4.54a van het Arbeidsomstandighedenbesluit gebeuren door een bedrijf dat in het bezit is van een certificaat asbestinventarisatie dat is afgegeven door een certificerende instelling).
De werkgever dient jou en je collega’s te informeren over wat er gevonden is, welke maatregelen er zijn en worden getroffen, en welke nazorg de werknemers kunnen krijgen.
Jij en je collega’s mogen pas weer aan het werk als de werkplek zeker veilig is. Mocht de werkgever je gelasten om toch door te werken, dan heb je volgens de wet het recht om het werk te weigeren (art. 29 Arbowet).
Indien blootstelling (mogelijk) heeft plaatsgevonden: de eventuele blootstelling dient te worden vermeld in het personeelsdossier van de betreffende werknemers. Deze gegevens dienen 40 jaar bewaard te worden.
Monitor de gezondheid van (mogelijk) blootgestelde werknemers door middel van periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek. Ook de gegevens van deze onderzoeken dienen 40 jaar bewaard te worden.
Het probleem bij asbestgerelateerde ziekten is overigens dat deze pas tientallen jaren na de blootstelling ontstaan. Maak daarom afspraken met de bedrijfsarts over hoe monitoring van werknemers zinvol kan worden ingezet.